Ingrediënten:

Voor het deeg

  • 400 gr bloem
  • 8 gr zout
  • 7 gr gedroogde gist
  • 240 ml melk, lauwwarm
  • 60 gr boter, op kamertemperatuur
  • 1 ei, op kamertemperatuur
  • 15 gr suiker

Afwerking

  • 500 gr bruine basterdsuiker
  • 1 citroen, rasp
  • 1 el kaneelpoeder

Bereiding:

  1. Meng alle ingrediënten voor het deeg tot een soepel deeg en kneed dit minimaal 10 minuten door. Het deeg is vrij plakkerig; het kneden gaat daarom het makkelijkst met een mixer met deeghaken. Laat het deeg afgedekt 1 uur rijzen op een warme plaats.
  2. Meng de basterdsuiker met de citroenrasp en het kaneelpoeder. Verdeel dit mengsel op het werkblad. Kneed het deeg kort door en verdeel het in bolletjes van ongeveer 65 gram. Rol ze door een deel van het basterdsuikermengsel en laat ze 5 minuten rusten. Rol de deegbolletjes vervolgens in de suiker uit tot strengen van ongeveer 40 centimeter. Zorg ervoor dat de deegstrengen goed bedekt raken met de rest van het basterdsuikermengsel. Maak de bolusvorm door in het midden te beginnen met oprollen en de sliert zo verder om zichzelf heen te draaien. Stop de uiteinden onder de bolussen en leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat. Laat de bolussen 1 uur rijzen op een warme plaats.
  3. Verwarm de oven voor op 250 °C.
  4. Bak de bolussen 7 tot 9 minuten. Let goed op dat de suiker die losligt niet gaat karamelliseren: als dat gebeurt zijn de bolussen waarschijnlijk al gaar. Neem de bakplaat uit de oven en zorg ervoor dat je een tweede met bakpapier beklede plaat klaar hebt staan. Leg deze op de bolussen en keer de bakplaten snel om. Laat de Zeeuwse bolussen zo verder afkoelen.
Category
Tags

No responses yet

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

je bent momenteel offline